Uit het kloosterarchief van onze zusters [36]
Familie Verkuijlen en het weeshuis | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
Volgens aantekeningen uit het kloosterarchief zouden pal tegenover het 'allereerste klooster' drie huizen gestaan hebben waarvan er een toebehoorde aan de familie Verkuijlen. Ter verificatie hebben we een kijkje genomen op de kadasterkaart van 1832 en die geeft inderdaad drie naast elkaar liggende huizen aan onder de nummers C 1921, 1923 en 1926. Het 'beginnende klooster' uit 1836 [de oude pastorie] bevindt zich op de Lochtenburg. De bewuste huizen daar tegenover liggen in het gebied de Roskamp [ook Roskam] aan de toentertijd bekende Laagstraat, rond 1880 de Heikantsche keiweg genoemd en in 1936 omgedoopt tot Pastoor van Erpstraat. De woningen hebben in 1832 als resp. eigenaars Goijaert van der Straalen, Pieter Lambert van de Ven en de weduwe Arnoldus Joost Verhagen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Prentbriefkaart van rond 1900 van de omgeving van het moederhuis met daarop tegenover het klooster de drie woningen. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maar……het blijkt dat Andreas Verkuijlen [1809-1891], gehuwd met Lamberta van den Bergh [1808-1882] vrij kort na 1832, het jaar waarin hij trouwde, het middelste huis als schoonzoon heeft overgenomen van schoonvader Pieter. In het bevolkingsregister van 1830-1840 staan deze drie woningen geregistreerd onder wijknummer H 232 [van Straalen], 233 [Verkuijlen] en 234 [Verhagen]. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
Deze Andries Verkuijlen stichtte een groot gezin van in totaal 12 kinderen van wie er twee kozen voor een leven als religieus of priester. Het gezin van Andreas Verkuijlen en Lamberta van den Bergh en Wilhelmus met * is degene die het weeshuis zal schenken aan de Zusters van Schijndel. Zoon Petrus koos voor het priesterambt, werd gewijd 14 juni 1862, was achtereenvolgens assistent op ’t Heike te Tilburg, kapelaan te Asten, pastoor te Rijkevoort en overleed als pastoor te Boekel. Zijn jongste zus Catharina koos voor het kloosterleven, trad in bij de congregatie op 1 november 1873 en nam als kloosternaam Maria Antonia aan. Ze volgde de toenmalige normaalschool van de zusters en heeft achtereenvolgens, als onderwijzeres met de huisakte behorende bij de onderwijswet van 1857, gewoond en gewerkt in Den Dungen, Lieshout, Schijndel [Wijbosch], Sint Anthonis en keerde op 10 juni 1905 weer terug naar het moederhuis, waar ze ruim een jaar later overleed en werd begraven op het kloosterkerkhof. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De afstamming van de Verkuijlens |
![]() Familiefoto van enige familieleden waarschijnlijk genomen ter gelegenheid van de eeuwige professie in 1878 van zuster Maria Antonia – zittend v.l.n.r. moeder Lamberta van den Bergh, zuster Maria Antonia en Josephina van der Putten de vrouw van Wilhelmus Verkuijlen – staande v.l.n.r. vader Andreas Verkuijlen, Petrus Verkuijlen, Josephus Verkuijlen, Gerardus Verkuijlen en Wilhelmus Verkuijlen [de weldoener van het weeshuis] |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Uit het huwelijk van Willem Spierincx wordt in de RK Kerk van Jacobus de Meerdere uit Den Dungen hun zoontje Gerardus op 10 november 1632 gedoopt. Dan volgt op 6 februari 1666 een Bossche akte waarin als kinderen van Willem staan vermeld Gerardus, Agneesken en Mariken, die met z’n drieën een erfdeling aangaan na overlijden van hun ouders. Op 26 november 1671 wordt Adriaan te Sint-Michielsgestel gedoopt als zoon van genoemde Gerardus. Op 6 december 1741 leggen de president en schepenen van de heerlijkheid Sint Michielsgestel en Gemonde een verklaring af, dat ze klokslag drie uur zijn geweest bij Adriaan Gerit Spierinx nagelaten weduwnaar van Hendrien Molemaackers woonachtig te Nieuw Herlaer. "Te bedde leggende dog zijn verstand en memorie in alles wel magtig sijnde" laat hij zijn testament opmaken. Hij benoemt als universele erfgenamen de vier minderjarige kinderen van zijn dochter Adriaantje, die alle vier zijn verwekt door Hendrick van den Berg [ook Bergh]. Volgens de oude doopregisters van Sint Michielsgestel is ook uit dat huwelijk een Gerardus geboren op 25 oktober 1734, die zich te Schijndel in ondertrouw begeeft met een zekere Anna Josepha van den Endepoel. Op 12 januari 1765 verschijnt hij op 30-jarige leeftijd voor de Schijndelse schepenen, na een lange periode te Uden in het land van Ravenstein gewoond te hebben. Met hem verschijnt ook juffrouw Anna Josepha van den Endepoel, geboren te ’s-Hertogenbosch, en wonende te Schijndel, eveneens 30 jaren oud. Zij treden in het huwelijk. Ze schenken op 27 april 1771 het leven aan hun zoontje Petrus Josephus. Interessant is nu dat deze Peter Gerit van den Berg op zijn beurt in het huwelijk wil treden met Anneke de dochter van Lambert van de Ven en uit dit huwelijk wordt op 3 maart 1808 Lamberta geboren, die uiteindelijk zal trouwen met Andries Verkuijlen en de cirkel is rond! Gaan we nu terug naar de middelste van de drie woningen in de Laagstraat dan zien we dus dat Andries als leerlooier het huis overneemt van zijn schoonvader. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De gedachtenisprentjes van het echtpaar Andreas Verkuijlen en Lamberta van den Bergh. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In pension in het moederhuis Op een bepaald moment bewoont zoon Willem Verkuijlen met zijn vrouw Josephina van der Putten, van geboorte een Stiphoutse, een deftig en statig huis aan de ‘Groote Straat’. Later treffen we een mejuffrouw Maria van der Putten aan, die na de dood van haar zus Josephina de huishouding op haar schouders heeft genomen. Op 28 oktober 1928 zet men een grote stap door te besluiten in pension te gaan in het moederhuis. De zusters ruimen enige grotere kamers van de kweekschool voor hen in. Willem Verkuijlen is tot op dat moment zeer actief geweest binnen de Schijndelse samenleving op kerkelijk, charitatief en sociaal gebied en wil de resterende jaren van zijn leven in alle rust doorbrengen en zich langzaam terugtrekken uit al zijn functies. Hij staat bij de bevolking in hoog aanzien en wordt gewaardeerd om zijn wijs oordeel in veel zaken en zijn grote ijver in dienst van de dorpsgemeenschap. In de maand november biedt hij de congregatie een belangrijke schenking aan nl. zijn herenhuis aan de Hoofdstraat in de veronderstelling dat men hier een tweede rectoraat zou gaan vestigen. Het liep echter anders. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
![]() |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Willem Verkuijlen met de gezusters van der Putten de weldoeners van het weeshuis. |
Een van de oude opnamen van het weeshuis op adres Hoofdstraat 71 met de beeltenis van Petrus Donders nog in de voortuin. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bronnen: Brabants Historisch Informatie Centrum – microfiches bevolkingsregisters Heemkamerarchief – getypte lijsten bevolkingsregisters Schijndel Kloosterarchief – familiedocumentatie Verkuijlen |