Kijk eens naar uw eigen handen. Zie de bovenkant en de onderkant, vingers, nagels, de palmen van uw handen. Ze spreken: deze handen die leven aanraken, ze gaan open, ze ontvangen, ze helen en herstellen ze spelen en troosten, ze ballen zich van woede, van pijn. Ze tasten naar recht doen, ze strelen en zorgen. Ze dragen belofte in zich, beloften van morgen: gezegend het werk van uw handen.
|